Er zijn zo van die insecten waar je al van gehoord hebt, maar die je nog nooit gezien hebt. Totdat je er eentje ziet, en plots ergens anders nog eentje… Dat fenomeen heeft een naam: het Baader-Meinhof fenomeen. Ik heb het de laatste tijd met hoornaars.

De hoornaar is makkelijk te herkennen. Je denkt aan een gewone, dagdagelijkse wesp en je verdubbelt haar grootte. Het is dan ook een best indrukwekkend diertje. Ze worden tot 3,5 cm lang. Ze vangen insecten door met hun angel te steken en geven hun prooi vervolgens aan hun larven, waar ze op hun beurt een zoet stofje voor in de plaats ontvangen. Op dat vlak zijn ze net als de gewone wespen. Ik heb ze ook zien proeven van de nectar van bloemen.

Er zijn twee types hoornaars die in België voorkomen: de Europese en de Aziatische. Gelukkig kwam ik de Europese tegen. Die is namelijk zachtaardiger dan haar Aziatische variant. Je kan ze duidelijk uit elkaar houden aan de hand van hun kleuren. De borstplaat van de Europese is rood, die van de Aziatische is zwart. De poten van de Europese zijn volledig rood/bruin, die van de Aziatische eindigen in een gele kleur.

Reactie plaatsen
Reacties