Er zijn van die dagen waarop alles zo’n beetje ineen stuikt. Een laatste bubbel van begrip spat uit elkaar en het geloof in een betere toekomst gaat verloren. Dat heb je als mensen sterven… Maar dan kijk je om je heen en alles gaat door. Zo zag ik mijn favoriete kolibrievlinder op de lavendel bij mijn ouders en onderweg met de auto zag ik een ooievaar in een weide zitten. Soms geeft de natuur je dat extra zetje om door te zetten, ook bij slechter nieuws. Vandaag: de grote langlijf.

De kleuren doen vermoeden dat het om een wesp gaat, maar daar houdt de gelijkenis dan ook op. De brede taille verraadde me al dat ik de naam van dit beestje elders diende te zoeken. De ogen zijn die van een vlieg en de strepen op het bovenste lichaamssegment deden me denken aan die van de eerder gepubliceerde pyjamazweefvlieg. Ik zat meteen goed, het bleek inderdaad een zweefvlieg te zijn: de grote langlijf. Mijn kennis begint erop vooruit te gaan.
Zoals de naam al zegt, hebben deze zweefvliegen een lang slank achterlijf. De gele en zwarte kleuren zijn niet toevallig. Hiermee imiteert ze de wesp en schrikt zo mogelijke aanvallers af.

Net als de pyjamazweefvlieg is deze zweefvlieg volkomen ongevaarlijk. Ze leeft van bloemen en nectar. Enkel de larve leeft wel van bladluizen. De grote langlijf gaat van ei naar volwassen dier in slechts 16 dagen. Op een jaar tijd kunnen zo negen generaties voorkomen, wat mij best wel de moeite lijkt.
Het exemplaar dat ik hier op foto heb, is een mannetje. Het uiteinde van het tweede lichaamssegment is veel ronder en heeft een vale gele kleur. Bij een vrouwtje eindigt haar lichaam in een punt en blijft er een opeenvolging van gele en zwarte banden.

Ik had de grote langlijf nog nooit gezien, dus het was een mooie ontmoeting. Ik zag haar namelijk van bloem naar bloem vliegen. Het bewijst opnieuw dat wie durft te kijken, steeds iets moois tegenkomt dat een dag net dat tikkeltje beter kan maken.

Reactie plaatsen
Reacties